testo 616 - Vochtmeter voor houtvocht en bouwmateriaal

Vaststellen van het vochtgehalte in hout

Het vochtgehalte is een doorslaggevende factor in de verdere verwerking en het gebruik van houtproducten. Als hout wordt gebruikt met het verkeerde vochtgehalte kan dit leiden tot vervormingen (trekkingen en bollingen) op de plaats waar het materiaal gebruikt wordt. Dit kan weer flinke schade aan meubels of zelfs aan hele dragende structuren in gebouwen opleveren. Een controle voordat het hout wordt gebruikt door een meubelmaker of timmerman is essentieel.

De testo 616 maakt snel en niet-destructief onderzoek van het materiaalvocht in hout mogelijk. Verschillende eigenschappen zijn beschikbaar voor het meten van houtvocht in zacht-, hardhout en spaanplaat. Deze eigenschappen zijn ontwikkeld in samenwerking met het LPI instituut.

De meetresultaten worden berekend tot een diepte van 5 cm en kunnen worden opgenomen met een druk op de knop. De meetwaarden worden weegegeven in het gewichtspercentage ten opzichte van het drooggewicht van het materiaal.

Bouwvocht analyseren

Vocht kan doordringen in muren, vloeren en plafonds door barsten in leidingen of doorgekropen water. Sommige van deze vochtschade kan niet direct worden gedetecteerd. Stijgend water, gebrekkige regen- en afvoeren, of zelfs verstopte afvoeren en onvoldoende capaciteit kan de oorzaak zijn.

Afhankelijk van waar het in of uit gaat, verspreid vocht zich op verschillende manieren. Enorme schade is het gevold als het te laat wordt ontdekt. Daarom is het meten van materiaalvocht op de getroffen plaatsen noodzakelijk om de oorzaak van de schade op te kunnen sporen.

De testo 616 maakt snel en niet-destructief onderzoek van bouwmaterialen mogelijk. Het meetklem wordt direct op het oppervlak geplaatst en de meetwaarde kan onmiddellijk worden afgelezen.

De meetresultaten worden berekend tot een diepte van 5 cm en kunnen worden opgenomen met een druk op de knop. De meetwaarden worden weegegeven in het gewichtspercentage ten opzichte van het drooggewicht van het materiaal.

Voor een eenvoudige en snelle afhandeling zijn in de testo 616 al een aantal bouwmaterialen opgeslagen: anhydriet dekvloer, cement, kalkzandsteen, cellenbeton, beton, geperforeerde baksteen en massieve bakstenen.

Vaststellen van het vochtgehalte in hout

Het vochtgehalte is een doorslaggevende factor in de verdere verwerking en het gebruik van houtproducten. Als hout wordt gebruikt met het verkeerde vochtgehalte kan dit leiden tot vervormingen (trekkingen en bollingen) op de plaats waar het materiaal gebruikt wordt. Dit kan weer flinke schade aan meubels of zelfs aan hele dragende structuren in gebouwen opleveren. Een controle voordat het hout wordt gebruikt door een meubelmaker of timmerman is essentieel.

De testo 616 maakt snel en niet-destructief onderzoek van het materiaalvocht in hout mogelijk. Verschillende eigenschappen zijn beschikbaar voor het meten van houtvocht in zacht-, hardhout en spaanplaat. Deze eigenschappen zijn ontwikkeld in samenwerking met het LPI instituut.

De meetresultaten worden berekend tot een diepte van 5 cm en kunnen worden opgenomen met een druk op de knop. De meetwaarden worden weegegeven in het gewichtspercentage ten opzichte van het drooggewicht van het materiaal.